Appelkruimeltaart

Een zusje kwam langs. Een opmerking uit haar email: "Er is toch wel taart, hè?" Dus wat doe je dan? Een taart bakken.

Appelkruimeltaart

(quichevorm doorsnee 22 cm)

• korstdeeg gemaakt van 175 gram bloem, 100 gram koude boter, 1 eetlepel witte basterdsuiker en ± 2 eetlepels ijskoud water
• 600 gram appels, in kleine blokjes
• 1 theelepel kaneel
• 1 eetlepel sinasappellikeur
• 1 eetlepel custardpoeder
• 50 gram koude roomboter, in kleine blokjes
• 50 gram suiker
• 50 gram bloem

Doe de bloem, basterdsuiker en de blokjes boter in de kom van een keukenmachine en meng totdat het mengsel op broodkruim lijkt. Voeg dan het water toe. Meng - zo kort mogelijk - totdat het deeg een bal vormt. Laat het deeg 15 minuten rusten in de koelkast. Rol het met een deegroller op een met bloem bestoven werkvlak uit tot een cirkel met een iets grotere diameter dan de vorm. Bekleed de vorm met het deeg. Zet de beklede vorm een half uur in de koelkast. Bak de bodem - met een steunvulling - 20 minuten in een oven voor van 180C. 

Schil ondertussen de appels en snijd deze in blokjes. Meng met de kaneel, likeur en (gezeefd) custardpoeder. 

Maak ook het kruimeldeeg door boter, suiker en bloem te mengen en te verkruimelen tot het de grootte heeft van grof broodkruim. Dit kan met je vingers maar ook in een (kleine) keukenmachine. 

Verwijder de steunvulling en schep de appelvulling op de bodem. Dek af met het kruimeldeeg. Bak de taart nog 35 minuten op 180C.