Dark & stormysiroop
- 600 ml water
- 200 gram rietsuiker
- 100 gr verse gember, fijngeraspt
- 2 kaneelstokjes
- 10 kruidnagels
- 10 pimentkorrels
- 1 tl korianderzaad licht gekneusd
- 1/2 tl zwarte peperkorrels
- 1/2 steranijs
- 1 tl citroenzuur *)
Toen werd het tijd voor ronde 3: het dessert. Een appeltaartje maar dan anders. Hier zaten een aantal technische elementen in: deeg, de appelvulling, meringue en sabayon. Uit het recept was een aantal zaken weggelaten, zoals de oventijd, de temperatuur van de suikersiroop voor de meringue en daarmee was deze ronde dus ook een stukje kennistoetsing. Het deeg maken, rusten, bakken en afkoelen kende echt een krappe timing, maar we hebben het gered. De suikersiroop voor de meringue was te heet geworden (ik lette niet op) zodat er stukjes karamel in de meringue zaten maar we moesten het er mee doen; meer dan de afgewogen ingrediënten kregen we niet. De meringue zakte dan ook best in. Voor het kloppen van de sabayon werd een bolletjesgarde voorgeschreven....... maar gelukkig was er ook een gewone garde. Het idee van de bolletjes, daar ben ik nog niet achter. Ik las in een review na een internetzoektochtje wel dat ie handig is voor kaasfondue en daar kan ik me wel wat bij voorstellen. Sorry wmf;.)
Snipper het sjalotje heel fijn. Verhit een beetje olie in een klein koekenpannetje en fruit hierin het sjalotje met de tijmblaadje 5-10 minuten tot de sjalot glazig is .
Schil de pastinaak met een dunschiller. Snijd de lelijke loofaanzet weg. Snijd de pastinaak in stukjes van ± 0,5 cm dik. Doe de pastinaakstukjes in een pan met zoveel water dat ze net onderstaan. Voeg een theelepel zout toe. Breng aan de kook en laat 10 minuten koken. Controleer of de pastinaak goed gaar is. Kook anders nog een paar minuten meer. Giet de pastinaak goed af. Stamp de pastinaak fijn met een pureestamper en roer glad. Zet eventueel de pan met puree terug op het vuur en verwarm – terwijl je blijft roeren – nog een paar minuten om een drogere puree te krijgen. Laat de puree afkoelen als je tijd hebt. Roer bloem door de puree en breng op smaak met peper en eventueel zout en de gefruite sjalot. Vorm 12 balletjes (± 35 gram per stuk) van het mengsel en duw ze plat tot een koekje van ± 1,5 centimeter dik. Leg op een met bloem bestoven bord. Verhit een koekenpan. Voeg 2 lepels olie toe en laat heet worden. Bestuif de koekjes (via een zeefje) met bloem. Bak de koekjes een paar minuten op halfhoog vuur tot de onderkant lichtbruin is, keer ze om en bak de andere kant ook bruin. Misschien moet je een klein beetje extra olie toevoegen. Als niet alle koekjes in een keer in de pan passen, kun je de koekjes warm houden in een oven van 80 C.
Terwijl de pastinaak kookt, kun je de dressing maken. Verwarm hiervoor de perenstroop een klein beetje zodat deze minder stroperig is en dus makkelijker mengt. Klop in een ruime kom de mosterd met de azijn door elkaar. Klop de stroop erdoor. Meng dan beetje bij beetje de olie erdoor. Je moet een lobbige dressing krijgen. Klop – als de koekjes nog niet klaar zijn – af en toe even door.