Zalm met sesamkorstje en paksoinoedels

Dit gaat een favoriet worden. De zalm blijft de basis, maar varieer met de noedels en de groente. Bijvoorbeeld mihoen, tauge, prei, wortelreepjes.

Als je zwart sesamzaad kunt vinden (ik kocht het mijne bij een aziatische toko) dan staat dat net wat leuker dan alleen wit sesamzaad.

Zalm met sesamkorstje en paksoinoedels

(3 personen)

• 300 gram zalmfilet met vel
• 2 eetlepels geraspte verse gemberwortel
• 2 eetlepels lichte sojasaus
• 2 eetlepels mirin
• 3 eetlepels sesamzaad (als je hebt wit en zwart)
• 2 eetlepels zonnebloemolie
• 1 kleine struik paksoi
• 1 rode paprika
• 250 gram dunne eiermie

Meng de gember, sojasaus en mirin door elkaar. Wrijf de helft hiervan over de vleeskant van de zalm en laat minimaal een half uurtje intrekken. 

Rooster het sesamzaad in een droge koekenpan tot het geurt en laat afkoelen op een bord. 

Snijd de paksoi in repen. Houd blad en stengel gescheiden. Snijd de paprika in dunne reepjes. 

Gaar de mie volgens de aanwijzing op de verpakking. Spoel koud en bewaar in een klein beetje water (of schep om om met een beetje sesamolie) om te voorkomen dat het een grote klont wordt. 

Verhit een koekenpan tot heet en doe er dan 1 eetlepel olie in. Bak de zalm op de velkant op hoog vuur 5-8 minuten.

Verhit ondertussen een wok en doe er dan de andere lepel olie in. Bak de paksoistengelstukjes 3  minuten. Doe er dan de paprika bij en bak 2 minuten mee. Schep dan de noedels erbij en laat warm worden. Schep op het laatst het paksoiblad nog even mee en giet er de achtergehouden helft van de marinade bij. 

Als de zalm gaar is doop je de bovenkant in het sesamzaad zodat die helemaal bedekt is. 

Serveer de zalm op de noedels.