woensdag 30 november 2016

Stoofpeertjes

Oma maakte echte stoofpeertjes. Mooi donkerrood omdat ze een hele fles wijn in de pan leegschonk. Ik ben meestal zuinig en gebruik een restje, of de vruchtenwijn die ik ervoor in huis heb. Manlief vindt de stoofpeertjes lekker, maar hij moet wel altijd even zeggen dat die van oma lekkerder waren. Laatst heb ik dan ook maar een hele fles wijn bij de peertjes gedaan.




Stoofpeertjes

  • 2 kilo stoofperen
  • 1 fles rode wijn
  • 2 eetlepels bruine basterdsuiker
  • 1 kaneelstokje
  • 5 kruidnagels
  • 5 kardemompeulen, gekneusd
  • 1 steranijs
Schil de stoofpeertjes, snijd ze in vieren en verwijder het klokhuis. Doe ze in een grote pan. Giet de hele fles wijn erbij. Doe er eventueel nog een klein beetje water bij als de bovenste peertjes niet in het vocht liggen. Doe de specerijen en basterdsuiker bij de peertjes. Breng aan de kook en laat dan op het kleinste pitje ± 1,5 uur heel zachtjes stoven tot de peertjes gaar, zacht en donker paarsrood zijn. Schep de gare stoofpeertjes met een schuimspaan uit de pan. Breng het stoofvocht op hoog vuur aan de kook en laat inkoken tot het stroperiger wordt. Giet het ingekookte stoofvocht bij de peertjes. Serveer warm, lauw of koud. Stoofvocht dat overblijft, kun je goed als "aanmaaklimonade" gebruiken. Vul een glas voor 1/3-1/2 met de stoofpeertjessiroop en vul naar smaak verder aan met koolzuurhoudend bronwater. 

4 opmerkingen: