maandag 31 januari 2011

Koken met kinderen 3

Na de antipasti en de pasta met tomatensaus werd het afgelopen vrijdag tijd voor il secondo, het tweede hoofdgerecht in een Italiaans diner. Dat bestond uit kip op saltimboccamanier - kalfsvlees gaat een beetje boven het budget, venkel uit de oven met bechamelsaus en kaas een salade met radicchio en appel en walnoten. De kip was veruit de favoriet, dat heeft iedereen met smaak gegeten. De venkel was een goede tweede, de salade was voor veel kinderen te bitter.

Het leukste om te doen was volgens mij het kraken van de walnoot. Ik heb het al eerder een keer genoemd, maar ik heb geen notenkraker, dus gebruik ik mijn vleeshamer. En ergens op meppen, dat blijft toch wel erg leuk. En deze keer natuurlijk even aandacht voor de hygiene. Met rauwe kip moet je netjes omgaan. Want ik wil natuurlijk geen kindertjes die (in het weekend) ziek rondlopen.

De kinderen proeven natuurlijk van wat ze gemaakt hebben, en een deel moet mee in de broodtrommel voor thuis. Dus dan krijg je dit soort tafereeltjes:



En dit hebben we gemaakt:

Vandaag gaan we de 3e gang, het tweede hoofdgerecht, van een italiaans diner maken. Dat bestaat meestal uit vlees of vis en daarbij 1 of meerdere bijgerechten (contorno). De bijgerechten zijn een salade, groente en dergelijke. We beginnen met de groente klaar te maken, omdat die nog in de oven moet. Denk eraan dat als je met je handen aan rauw vlees zit, je daarna je handen moet wassen. Leg ook geen gaar vlees op het bordje waar het rauwe vlees op heeft gelegen. Het vleesgerecht is een variant op saltimbocca. Dat wordt met kalfsvlees gemaakt, maar wij gebruiken kipfilet. 

Venkel met bechamelsaus en kaas


ingrediënten die je hiervoor nodig hebt:

  • 1 venkelknol (± 250 gram)
  • 20 gram boter
  • 20 gram bloem
  • 2 dl melk
  • peper, zout, nootmuskaat
  • 25 gram parmezaanse kaas
keukenspullen die je hiervoor nodig hebt:

  • mes en snijplank
  • pannetje
  • (pol)lepel om te roeren
  • ovenschaal
  • rasp
1. Spoel de venkel af onder de kraan. Snijd de venkelknol in de lengte doormidden. Leg een helft met het snijvlak naar beneden en snijd dan in lange reepjes.
2. Rasp de kaas met een fijne rasp.
3. Verwarm de oven voor op 180C.
4. Maak de bechamelsaus. Hiervoor smelt je de boter zachtjes in een klein pannetje. De boter mag niet gaan bruisen of bruin worden.
5. Als alle boter gesmolten is, voeg je de bloem toe. Roer goed tot alle bloem is opgenomen door de boter.
6. Giet er dan een klein scheutje melk bij. Roer totdat alle melk is opgenomen tot het bloemboterklompje. Zo doe je, scheutje voor scheutje, alle melk erbij. Je moet goed blijven roeren zodat er geen klontjes in de saus komen. Doe een beetje zout, wat peper en wat nootmuskaat bij de saus. Laat op laag vuur nog zachtjes doorbubbelen. Op die manier verdwijnt de bloemsmaak.
7. Doe de venkel in de ovenschaal. Giet de bechamelsaus erover. Bestrooi met de geraspte kaas.
8. Bak de venkel 25 minuten in de oven. Als er een grilstand op de oven zit, kun je die de laatste 5-10 minuten erbij aanzitten om de kaas een mooi korstje te laten krijgen.

Salade met radicchio, appel en walnoot


Ingrediënten die je hiervoor nodig hebt:

  • een klein kropje radicchio (of 1-2 stronkjes witlof)
  • 1 appel
  • 8 walnoten
  • 1,5 eetlepel olijfolie
  • 0,5 eetlepel citroensap
  • eventueel blaadjes van een paar takjes verse tijm
  • peper, zout
Keukenspullen die je hiervoor nodig hebt:

  • snijplank en mes
  • mooie kom
  • kommetje
  • vork
  • notenkraker of iets anders om de noten kapot te maken
1. Snijd de radicchio in dunne reepjes.
2. Was de appel. Snijd de appel in vieren. Haal het klokhuis eruit. Snijd de parten in dunne schijfjes.
3. Kraak de walnoten en haal de noten eruit. Breek ze in grove stukjes
4. Maak een dressing door de olie, citroensap, wat peper en zout en eventueel de tijm in een kommetje door elkaar te kloppen.
5. Doe radicchio en appel in een schaal. Meng er, vlak voor serveren, de dressing door. Bestrooi met de walnoten.

Kipfilet op een saltimboccamanier


ingrediënten die je hiervoor nodig hebt:

  • een stukje kipfilet (± 25 gram)
  • een plakje rauwe ham
  • 2 blaadjes salie
  • peper, zout
  • scheutje witte wijn
  • olijfolie
  • cocktailprikker 
keukenspullen die je hiervoor nodig hebt:

  • bord
  • koekenpan
  • tang of vork om vlees om te keren
1. Leg een plakje kipfilet op een bord. Sla het eventueel wat platter. Bestrooi met wat peper en zout. Leg de blaadjes salie erop. Wikkel de ham eromheen. Zet de ham vast met een cocktailprikker.
2. Verhit wat olie in een koekenpan. Bak het vlees 3-5 minuten aan elke kant. Haal het vlees uit de pan. Giet de wijn erbij, schraap over de bodem van de pan zodat je een sausje krijgt. Leg het vlees er nog even in terug. 

Een normale portie bevat 3-4 stukjes vlees. 

zondag 30 januari 2011

Een avond (uit) eten

Vorig weekend was het weer tijd voor het alternatieve kerstetentje. Een avond uitgebreid eten met oud-collega´s als alternatief voor het kerstetentje bij onze voormalige werkgever. In januari, want december zat al zo snel vol. De afgelopen dagen heb je een groot deel van de gerechten voorbij zien komen. Het menu bestond deze keer uit:

vlierbessenbubbels en amuse met bietjes en pistache


pompoenvelouté met parmezaansekaaswafeltje

canneloni met gerookte makreel

in de oven gegaard buikspek, aardappelpuree, appelmoes en rode koolsalade met sinaasappel en walnoten

stoofpeertaart met chocoladesorbetijs




Buikspek uit de oven

Helemaal enthousiast geworden door kerst had ik voor een uitgebreider etentje weer buikspek klaargemaakt. Deze keer had ik een marinade/rub gemaakt met venkelloof en venkelzaad. Het venkelloof is nog van de venkel uit mijn tuin, en had ik ingevroren. Eventueel kun je het vervangen door wat dille of het kruid venkel, dat je soms kan kopen. Het was niet helemaal opgegaan, dus hadden we lekker nog een keer. Ik heb het toen in lapjes gesneden en als een speklapje nog even opgebakken. Ook heel erg lekker.


Buikspek uit de oven

  • 1 kg buikspek aan een stuk, liefst met zwoerd eraan
  • 2 theelepels venkelzaad
  • handjevol venkelloof
  • sap en rasp van een halve citroen
  • 2 teentjes knoflook
  • 2 eetlepels olijfolie
  • peper, zout
Rooster het venkelzaad even in een droge koekenpan tot het zijn geur begint af te geven. Doe het samen met venkelloof, citroenrasp en -sap, knoflook, olie en wat zout en peper in een kleine blender of keukenmachine en pureer. Of gebruik een vijzel. Wrijf het vlees in met de marinade en laat deze  een nacht in de koelkast intrekken.
Verwarm de oven tot 180 C. Doe het vlees, met het zwoerd naar onder, in een braadslee. Giet er een kopje water bij. Laat het vlees in 1,5 tot 2 uur gaar worden in de oven. 

vrijdag 28 januari 2011

Salade van rode kool met sinaasappel en walnoten

In deze salade gaan walnoten. Ik had een zak ongepelde gekocht. Maar toen bedacht ik me dat ik geen notenkraker heb. Gelukkig dat je met een vleeshamer ook een heel eind komt. 


Salade van rode kool met sinaasappel en walnoten

  • 250 gram rode kool
  • 1 sinaasappel
  • 10  walnoten, grof gehakt
  • 2 eetlepels yoghurt
  • peper, zout
Verwijder de dikke nerf uit het midden van de rode kool. Snijd de kool in zo dun mogelijke reepjes.
Schil de sinaasappel dik, zodat je ook het wit meeschilt. Vang het sap op. Snijd de partjes tussen de vliezen uit. Knijp de overgebleven vliesjes ook even uit, zodat je maximaal gebruik maakt van het sap. Meng opgevangen sap met de yoghurt en peper en zout tot een dressing. Schep de dressing door de kool. Meng de sinaasappel erdoor. Bestrooi met de walnoten. 

donderdag 27 januari 2011

Canneloni met gerookte makreel en venkel

Ik heb een beetje gecheat met dit gerecht. Ik heb zelf geen pasta gedraaid, maar canellonibuisjes gekocht. In de winkel voorzichtig geschud met de doos om te horen of het nog hele buisjes waren. En met zorg naar huis gebracht. De vulling van gerookte makreel, daar heb ik dan weer wel zelf de makreel voor gerookt. Omdat er tijdens deze maaltijd ook niet-viseters aan tafel zaten heb ik ook een variant met gerookte kip gemaakt. Hiervoor heb ik de kipfilet horizontaal in plakken gesneden, 10 minuten gepocheerd in water met wat peperkorrels en een laurierblaadje, en daarna de kip nog 10 minuten gerookt in de rookpan.

Als je dit gerecht, zoals ik deed, per 2 rolletjes op een bord wilt serveren, zorg er dan voor dat ze niet strak tegen elkaar aanliggen. Gare rolletjes gaan plakken, en dan krijg je niet heel uit de schaal. Eventueel kun je er wat bakpapier tussen doen.

Canneloni met gerookte makreel en venkel

( 6 personen)
  • 12 cannelonibuisjes
  • 500 gram venkel
  • 250 gram gerookte makreel
  • 1 citroen, schoongeboend
  • 4 eetlepels crème fraîche
  • peper, zout
  • 1 eetlepel olijfolie
  • 1 dl slagroom
  • 1 eetlepel pastis of pernod
  • 1,5 dl lichte groente- of visbouillon
Rasp de schil van de citroen. Snijd een halve citroen in dunne plakken en verdeel deze op de bodem van de ovenschaal. (de andere helft van de citroen gebruik je niet) Snijd ± een kwart van de venkel in hele dunne plakken en leg deze ook op de bodem van de ovenschaal. 
Snijd de helft van de venkel in kleine blokjes en kook deze in een laagje water met wat zout in ± 10 minuten goed gaar. Giet af (bewaar het kookvocht even) en pureer de venkel met de staafmixer. Voeg eventueel een heel klein beetje kookvocht toe. Voeg de citroenrasp, de gerookte makreel, de crème fraîche en peper en zout naar smaak toe. Pureer alles door elkaar.
Snijd de laatste kwart venkel heel fijn. Verhit de olie in een pan. Voeg de fijngehakte venkel toe en fruit een paar minuten op laag vuur. Voeg de slagroom en 0,5 dl water toe. Breng aan de kook. Voeg naar smaak zout en peper toe en roer de pastis erdoor. Zet het vuur uit. 
Vul de cannelonibuisjes met het venkelmakreelmengsel. Dit kan met een spuitzak met een voldoende groot mondje, maar met een theelepel kom je ook een heel eind. Leg de buisjes 2-aan-2 in de ovenschaal. Giet de bouillon erbij. Verdeel dan de venkelroomsaus over de bovenkant van de canneloni. Bak de canneloni in een oven van 175C in 30 minuten gaar. 

woensdag 26 januari 2011

Bietjes met pistachesaus

Eigenlijk heb ik dit al een keer beschreven, maar ik heb het nu in een andere uitvoering gemaakt. De bietjes heb ik miniblokjes gesneden en gemengd met wat van de saus. Dat heb ik op een amuselepel geschept, een klein beetje saus er nog boven op en daarop een klein blaadje peterselie. En zo zag het eruit:


Amuse van bietjes met pistachesaus

(8 stuks) 
  • 1-2 gekookte bietjes (± 200 gram)
  • 30 gram pistachenoten
  • 2 el olijfolie
  • peper, zout
  • 1/2 el citroensap
  • 6 takjes platte peterselie
Snijd de bietjes in miniblokjes. 
Haal de blaadjes van de peterselie, en bewaar 8 kleintjes voor de garnering. Hak de peterselie fijn. Maal in een kleine keukenmachine de pistachenoten fijn. Zorg ervoor dat het geen poeder wordt, maar dat het nog iets beet houdt. Meng dan dan olie, citroensap en peterselie erdoor. Breng op smaak met peper en zout.
Meng de bietjes met bijna alle pistachesaus. Schep een mooi bergje op een amuselepel. Doe nog een heel klein beetje pistachesaus erop en plak hierop het kleine blaadje peterselie vast. 

dinsdag 25 januari 2011

Geitenkaasballetjes met amandelkorstje

Ik maakte deze balletjes als hoofdelement in een voorgerecht. Maar je kan ze natuurlijk ook als alternatief voor een bitterbal serveren. Zorg dat het korstje om de geitenkaas geen scheurtjes heeft, anders lekken ze leeg in de frituurpan. Ik paneer daarom altijd voor de zekerheid dubbel: ei - paneermeel - ei - paneermeel. Wel dunne laagjes, want je moet natuurlijk wel kaas proeven.

Wat de grootte van de balletjes betreft. Ik maakte ze zo groot als "dikkerds". Zo noemden wij de maat knikkers die 1 slag groter zijn dan gewone knikkers. Maar daar zal iedereen wel een andere naam voor hebben. Ik gok zo´n 1,5 cm in doorsnee.

Geitenkaasballetjes met amandelkorstje

(± 25 stuks)
  • 300 gram zachte geitenkaas
  • 3 eetlepels bloem gemengd met wat peper 
  • 1 ei, losgeklopt met 2 eetlepels melk
  • 50 gram amandelen, fijngemalen
  • 4 eetlepels paneermeel
  • olie om te frituren
Rol van de geitenkaas ongeveer 25 balletjes met een doorsnee van ± 1,5 cm. Doe de bloem in een diep bord. Het losgeklopte ei in een ander diep bord en meng amandelen met het paneermeel in een derde diep bord. Leg een velletje bakpapier op een platte schaal of bord. 
Rol een balletje licht door de bloem. Daarna door het ei en daarna door het amandelmengsel. Probeer een hand voor het ei te gebruiken en een hand voor het paneren. Leg op het bakpapier. Als alle balletjes gepaneerd zijn, zet je het bord minimaal een uurtje in de vriezer. Daarna doe je een tweede ronde ei en amandelmengsel. Je kan de balletjes dan direct frituren, of je bewaart ze tot gebruik in de vriezer.
Verhit de olie tot 175C. Niet bevroren balletjes zijn in 2 minuten gaar en voorzien van een goudbruin korstje. Bevroren balletjes mogen een minuutje langer. Laat ze even uitdruppen op een velletje keukenrol. 

Ik legde de balletjes op wat gemengde sla met daarin in elk geval veldsla. En erbij een dressing van 1,5 eetlepel lichte olijfolie, 1,5 eetlepel walnootolie, 1 eetlepel appelciderazijn, wat peper en zout en 5 heel fijn gehakte gedroogde abrikozen. 

zondag 23 januari 2011

Koken met kinderen 2

De tweede keer koken met een aantal kinderen van de school van mannetje Q. Deze keer het eerste hoofdgerecht, il primo, van een italiaans diner. Zelf pasta draaien en daarbij tomatensaus maken.
Ik had deze keer wèl mijn fototoestel meegenomen, maar... alsnog vergeten foto´s te maken. Dus al wel een stap in de goede richting, maar nog niet helemaal. Wel jammer, want er hing een hele rij pastaslierten te drogen aan een wasrekje. En de tomatensausvlekken op de muur waren een goede tweede om op de foto gezet te worden.

Tagliatelle

(± 150 gram - afhankelijk van wat voor soort saus je erbij eet, en van of je het als hoofdgerecht of als tussengerecht is dit genoeg voor 1-2 personen.)

ingrediënten die je hiervoor nodig hebt:
  • 100 gram pastabloem
  • 1 ei
keukenspullen die je hiervoor nodig hebt:
  • platte schaal / diep bord
  • weegschaal
  • vork
  • plastic zakje of folie
  • pastamachine
  • pan om pasta in te koken
1. Maak in het bord (of op het aanrecht) een bergje van de bloem. Maak in het midden een kuil, waarin het ei past. Breek het ei boven een kommetje en giet het in het kuiltje. Klop de eieren met een vork los. Neem tijdens het kloppen elke keer een beetje bloem van de wand mee. Wees wel voorzichtig want voor dat je het weet maak je de wand kapot. Blijf zolang kloppen totdat het ei en bloem mengsel redelijk gemengd is.
2. Nu kun je het deeg verder met je handen kneden. Als het ei en bloem al redelijk gemengd was, kun je nagenoeg schone handen houden. Kneed het deeg zo´n 10 minuten. Je moet een soepel en egaal deeg krijgen. Soms moet je nog een klein beetje bloem toevoegen (als het deeg te nat blijft) of een klein beetje water (als het deeg te droog was).
3. Als het deeg goed is gekneed rol je het in plastic folie of je stopt het in een plastic zakje.  Laat het minimaal 15 minuten rusten. Als je deeg langer laat rusten moet je het in de koelkast bewaren.
4. Bij het rollen van het deeg gebruik je per keer ongeveer een klompje dat zo groot is als een ei. Rol dit op de wijdste stand van de pastamachine uit tot een lap. Vouw dubbel, rol weer uit. Dit herhaal je zo´n 10 keer tot je een goed soepel deeg hebt. Nu kun je de pastamachine telkens een stand nauwer zetten en het deeg er een keer door rollen. Je lap deeg wordt steeds dunner en breder. Stand 6 of 7 is goed voor tagliatelle. Zet nu het tagliatellehulpstuk op de pastamachine en draai de lap pasta hierdoor. Waarschijnlijk is het handig om met z´n 2-en te werken. Haal de tagliatelleslierten voorzichtig los en hang ze te drogen over bijvoorbeeld een wasrekje. Je kan de slierten ook losjes in een grote schaal leggen en met een klein beetje bloem bestrooien. Dat werkt alleen als je de pasta direct na het draaien gaat koken.
NB een pastamachine mag nooit schoongemaakt worden met water. Dan gaat ie roesten en doet ie het niet meer.

Koken van de pasta
Breng in een grote pan een ruime hoeveelheid water aan de kook. Voeg dan zout toe (een theelepel per 2 liter). Doe de pasta in het kokende water. Roer voorzichtig even door. Wacht tot het water weer kookt. Kook 2 minuten. Proef of de pasta gaar is. Giet af en meng de pasta direct door de saus.

Tomatensaus


ingrediënten die je hiervoor nodig hebt:
  • 1 ui
  • 1 wortel (± 150 gram)
  • 2 stengels bleekselderij
  • 1 teentje knoflook
  • 2 eetlepels olijfolie
  • 1 blikje tomatenpuree
  • 1 blik gepelde tomaten (400 gram)
  • ± 5 takjes verse oregano of marjoraan
  • zwarte peper uit de molen en zout
  • drupje rode wijnazijn
  • beetje suiker
keukenspullen die je hiervoor nodig hebt:
  • mes en snijplank (of iets anders om op te snijden)
  • dunschiller
  • hapjespan
  • knoflookpers
  • mes
  • lepel
  • spatel / pollepel om in de pan te roeren
1. Pel de ui. Snijd hem doormidden en snijd de helften in kleine stukjes.
2. Schil de wortel met een dunschiller. Snijd de wortel in de lengte in vieren en dan verder in kleine blokjes.
3. Was de bleekselderijstengels, snijd het bovenste en onderste lelijke stukje eraf, en trek dan ook meteen de buitenste draden mee. Snijd de bleekselderij in de lengte in 2 lange repen en dan de repen in stukjes. Als er nog draden meekomen verwijder je die ook.
4. Verhit de olie in de hapjespan. Doe de ui, wortel en bleekselderij in de pan. Schep goed om. Bestrooi met een beetje zout en peper. Doe een deksel op de pan en zet het vuur laag. Laat 5 minuten zachtjes fruiten.
5. Pers de knoflook erboven uit. Roer even door en laat dan weer 5 minuten fruiten.
6. Doe de inhoud van het blikje tomatenpuree erbij en laat even meebakken.
7. Snijd de tomaten in het blik fijn door met een mes heen en weer te gaan. Niet te hard, want tomaat geeft lelijke vlekken. Doe de tomaten dan bij het mengsel in de pan.
8. Laat minstens 15 minuten zachtjes pruttelen. Controleer af en toe of het niet aanbakt, en voeg misschien een scheutje water toe.
9. Haal de blaadjes van de takjes oregano af en hak ze wat kleiner. Roer die door de saus. Proef de saus. Breng op smaak met zout en/of peper en/of suiker en/of azijn.

Mengen pasta en saus
Doe de pasta pas in de pan met kokend water als de saus klaar is. De saus blijft, met een deksel op de pan, wel heet en de pasta hoeft maar kort te koken. Roer de gare pasta door de saus. Eventueel kun je het overscheppen in een voorverwarmde serveerschaal. Pasta is heet het lekkerst. De Italianen kennen een uitdrukking: de pasta wacht niet. Daarmee bedoelen ze eigenlijk dat de mensen al aan tafel moeten zitten, terwijl de pasta wordt gekookt zodat die gloeiend heet kan worden opgediend. Aan opgewarmde of aan elkaar geklonterde pasta hebben de Italianen een hekel. Je hoeft zelfs niet te wachten met eten totdat iedereen zijn bord vol heeft. ... 


In principe is een recept voor pastadeeg zo basis als ik weet niet wat. Alhoewel de vraag over welk meel je nou moet gebruiken ook niet met één antwoord beantwoord kan worden. Dus om daar nu een bron voor te vermelden. Toch een verwijzing naar www.pastamaken.nl omdat die site goede basisinformatie geeft. 



donderdag 20 januari 2011

Pastinaak met granaatappel

Een granaatappel heeft meestal van die mooie, knalroze pitten die het zo goed doen op foto's. Helaas had dit exemplaar lichtroze gevallen, dus het ziet er een beetje flets uit.

Pastinaak met granaatappel

  • 500 gram pastinaak
  • 1 teentje knoflook
  • pitten van 1 kleine granaatappel
  • 1/4 ui, gesnipperd
  • 1 + 2 eetlepels olijfolie
  • 1 theelepel citroensap
  • 1/2 theelepel gemalen komijn
  • 1/2 theelepel gemalen korianderzaad
  • peper, zout
Schil de pastinaak. Snijd in stukken van ongeveer 5 cm lang. Snijd deze in de lengte in platte repen. Kook de pastinaak, samen met gepelde teentje knoflook, in gezouten water ongeveer 2 minuten. Laat uitlekke.
Verhit een grilpan. Bestrijk licht met olie en gril de pastinaak aan elke kant 3 minuten.
Fruit ondertussen het uitje in een klein beetje olie totdat het lichtbruin is. Doe 2 eetlepels van de granaatappelpitten, de gebakken ui, het gekookte teentje knoflook, het citroensap, de komijn, het korianderpoeder in een blender en mix tot een dressing. Proef naar smaak peper en zout toe. 
Schep de dressing door de lauwwarme pastinaak. Doe over in een serveerschaal en bestrooi met de rest van de granaatappelpitten. 

woensdag 19 januari 2011

En de winnaar is......

Sorry, een beetje reclame voor mezelf. Maar ik ben er gewoon blij mee. Een tijdje terug deed ik mee met een receptenwedstrijd waarbij ik dit recept instuurde. En ik won de hoofdprijs: dinercheques ter waarde van EUR 250. Daar hebben we fijn gebruik van gemaakt. 

dinsdag 18 januari 2011

Caponata

Dit is één van de gerechtjes die we met de kookcrea op de school van mannetje Q hebben gemaakt. Zie hier voor het bijbehorende verhaal. Dat verklaart ook meteen de uitgebreidheid van het recept.

Caponata



ingrediënten die je hiervoor nodig hebt:

  • 1 aubergine (van ongeveer 300 gram)
  • 1 ui
  • 4 eetlepels olijfolie
  • 1 rode paprika
  • 5 stengels bleekselderij
  • 1 blik gepelde tomaten (400 gram)
  • 4 eetlepels rode wijnazijn
  • 2 eetlepels suiker
  • zwarte peper uit de molen en zout
  • 1 eetlepel kappertjes
  • 100 gram groene olijven
keukenspullen die je hiervoor nodig hebt:

  • mes en snijplank (of iets anders om op te snijden)
  • hapjespan
  • bord/kommetje
  • lepel
  • spatel / pollepel om in de pan te roeren
  • bord of kommetje
1. Was de aubergine en snijd het steeltje eraf. Je hoeft een aubergine niet te schillen. Snijd de aubergine in blokjes van ± 1,5 bij 1,5 bij 1,5 cm.
2. Verhit 3 eetlepels olie in de hapjespan. Laat goed heet worden. Voeg de aubergine toe en bak totdat de aubergine lichtbruin kleurt. Schep goed om, want de aubergine neemt veel olie op. Dit duurt 5 – 10 minuten. Schep de aubergine dan even uit de pan op een bord of in een kommetje.
3. Pel de ui. Snijd hem doormidden en snijd de helften in halve ringen.
4. Doe nog een lepel olie in de pan en bak de ui een paar minuten.
5. Was de bleekselderijstengels, snijd het bovenste en onderste lelijke stukje eraf, en trek dan ook meteen de buitenste draden mee. Snijd de bleekselderij in boogjes. Als er nog draden meekomen verwijder je die ook.
6. Voeg de bleekselderij toe aan de ui in de pan. Bak 2-3 minuten.
7. Was de paprika. Snijd van boven naar beneden doormidden en haal de zaadjes en het restje van de steel eruit. Snijd de paprika in stukjes van 1,5 bij 1,5 cm.
8. Doe de paprika bij de ui en bleekselderij in de pan. Schep even om.
9. Voeg de azijn toe en laat deze een beetje verdampen.
10. Doe dan de gepelde tomaten erbij. Druk ze in de pan met een lepel in stukjes. Roer de suiker erdoor. Voeg zout en peper toe. Laat 10 minuten pruttelen. Roer af en toe.
11. Voeg de aubergine weer toe. Laat nog 10 minuten pruttelen. Roer af en toe.
12. Snijd de olijven doormidden.
13. Voeg de olijven en kappertjes aan de caponata toe. Proef of het goed smaakt. Het moet zoetzuur zijn. Je kunt dit warm, lauw of koud eten. 

Frittata met prei

Dit is één van de gerechtjes die we met de kookcrea op de school van mannetje Q hebben gemaakt. Zie hier voor het bijbehorende verhaal. Dat verklaart ook meteen de uitgebreidheid van het recept.


Frittata met prei



ingrediënten die je hiervoor nodig hebt:
  • 1 + 1 + 1 eetlepel olijfolie
  • 1 kleine ui
  • 1 prei (± 200 gram
  • 1 teentje knoflook
  • 4 eieren
  • 4 eetlepels melk
  • zout en zwarte peper uit de molen
keukenspullen die je hiervoor nodig hebt:

  • snijplank of bord en mes
  • knoflookpers
  • kommetje voor kloppen van het ei
  • vork
  • koekenpan
  • iets om mee in de pan te roeren
  • pannenkoekmes, spatel
  • vergiet (of iets anders om prei te wassen)
  • eetlepel
  • deksel of oven met grillelement (zie punt 8)


1. Pel de ui en snijd 'm doormidden. Snijd elke helft in dunne plakjes, zodat je halve ringen krijgt.
2. Verhit 1 lepel olijfolie in de koekenpan. Voeg de ui toe en laat de ui op halfhoog vuur 5 minuten zachtjes bakken. Roer af en toe. De ui hoeft niet heel bruin te worden, maar moet er een beetje glazig uitzien.
3. Snijd het kontje van de prei en gooi dit weg. Snijd de prei in ringen (ook het meeste van het groene deel, alleen hele lelijke stukken gooi je weg) en doe deze in een vergiet. Spoel af onder de kraan. Soms zit er nog wat zand tussen de preibladeren.
4. Doe nog een halve lepel olie bij de ui en voeg de prei toe. Laat weer 5 minuten zachtjes bakken.
5. Pel het teentje knoflook en pers het teentje knoflook boven de pan uit en roer even goed door.
6. Breek de eieren boven een kom. Doe de melk erbij en klop de eieren los. Doe er wat peper en zout bij.
7. Doe de laatste 1,5 lepel olie bij de groente in de pan. Giet het eimengsel erbij. Bak 2 minuten op hoog vuur, maar doe dan het vuur weer laag.
8. Nu zijn er 2 mogelijkheden. De koekenpan kan waarschijnlijk niet onder de ovengrill. En ik weet niet of er een goede ovenschaal is waar de frittata in past.
8a Verder in de koekenpan. Leg een deksel bovenop de koekenpan en laat op laag vuur de frittata in ± 10 minuten verder gaar worden. De bovenkant mag niet te droog worden. OF
8b Zet de pan met het ei erin 5 minuten onder de grill. Het ei stolt dan en krijgt een bruin korstje.
9.Ga met een spatel voorzichtig langs de randen en onder de frittata en schuif 'm op een mooi bord. Snijd in punten of in stukjes. 

Bruschetta met tuinbonenpuree en munt

Dit is één van de gerechtjes die we met de kookcrea op de school van mannetje Q hebben gemaakt. Zie hier voor het bijbehorende verhaal. Dat verklaart ook meteen de uitgebreidheid van het recept.

Bruschetta met tuinbonenpuree en munt


(± 6 stuks)

ingrediënten die je hiervoor nodig hebt:

  • 2/3 ciabattabrood
  • 2-3 eetlepels olijfolie
  • 1 teentje knoflook
  • 200-250 gram tuinbonen (gedopt gewicht; diepvries is prima)
  • blaadjes van 2 takjes munt
  • zwarte peper uit de molen en zout
keukenspullen die je hiervoor nodig hebt:

  • broodmes
  • pan om tuinbonen in te koken
  • oven met grilfunctie of grilpan
  • snijplank of bord
  • snijmesje 
  • hoge, smalle kom/beker (waar de staafmixer in past)
  • staafmixer
  • bakje (om kookvocht tuinbonen in op te vangen)
1. Verwarm de gril in de oven voor. (dit is om het brood te roosteren)
2. Doe de tuinbonen in een pan. Als je diepvriestuinbonen gebruikt, en ze zijn aan elkaar vastgevroren tot een klont, probeer ze dan van elkaar los te halen, zodat het laagje in de pan overal ongeveer even dik is. Doe hier zoveel water bij dat ze net onder staan. Breng dit aan de kook door het vuur hoog te zetten. Zodra het water kookt, zet je de wekker. Ze moeten 5 minuten koken. Zet het vuur lager, maar zorg ervoor dat het water wel licht blijft borrelen.
3. Terwijl de bonen koken, kun je de blaadjes munt fijnsnijden. (je kan de blaadjes munt ook in een kopje doen en dan met een schaar de blaadjes in kleine stukjes knippen.) 
4. Na 5 minuten proef je een boontje om te kijken of ze gaar zijn. Anders moeten ze nog even. Giet het water van de gare bonen af boven een kom, zodat je het kookwater opvangt.
5. Doe de bonen over in de hoge kom met 1 eetlepel van het kookwater en 2 eetlepels olijfolie. Pureer de tuinbonen totdat het een puree is. Misschien moet je nog een lepel kookwater erbij doen. Roer de gehakte munt erdoor.
6. Nu moet je de puree op smaak brengen met peper en zout. Strooi / maal eerst een klein beetje van beiden over de puree, roer en proef. Als je vindt dat het lekker is, stop je. Anders doe je dit nog een keer, en misschien nog wel een keer.
7. Voor de bruschetta (= een soort broodtoostjes) snijd je het brood in plakken van 1,5 cm dik. Leg het brood op een rooster en schuif dit onder de gril. Hoe minder ruimte er is tussen het brood en het grilelement, hoe sneller het brood roostert. Als je niet oplet, wordt het zwart, en is het niet lekker meer. Leg het brood zo´n 10 cm onder de gril, zodat je het nog goed in de gaten kan houden. Hoe lang het duurt totdat het brood mooi bruin geroosterd is, hangt af van de soort gril. Dus blijf er bij staan. Eventueel kun je de stukjes brood een keer verplaatsen, als het ergens heel goed roostert, en ergens anders niet. (Een andere manier is om het brood te grillen in een grilpan, maar dat werkt niet op een elektrisch kookplaatje, dus dat doen we nu niet)
8. Terwijl het brood roostert, pel je het teentje knoflook. Daarna snij je het doormidden.
9. Je doopt de knoflook in wat olijfolie. Daarmee wrijf je over het geroosterde brood. 
10. Leg de broodjes op een mooi bord. Smeer de tuinbonenpuree op de broodjes. Druppel er nog een paar druppeltjes olijfolie over. Eet direct op.

maandag 17 januari 2011

Koken met kinderen 1

Afgelopen vrijdag voor de eerste keer, en nog 4 vrijdagen te gaan. Koken met een deel van de kinderen uit de groepen 5 tot en met 8 op de school van mannetje Q tijdens de crea. Dat betekent: de lerarenkamer ombouwen, elektrische kookplaatjes, hopen dat de stoppen niet doorslaan, afwassen zonder afwasmiddel (want er is toch een afwasmachine?), maar ook: "Juf, mag ik nu staafmixeren?" en een groepje zonder olijven omdat 1 leerling die zo lekker vond dat ie ze maar vast had opgegeten.

Het plan is om in vier vrijdagen een Italiaans getint 4-gangendiner bij elkaar te koken. En de laatste vrijdag is waarschijnlijk gereserveerd voor "het snoephuisje". Dat schijnt de grote hit te zijn van de kookcrea. Niet echt mijn ding. Maar aan de andere kant: als ik uit eten ga, vind ik de frietjes met mayo erbij toch ook vaak nog erg lekker.

Afgelopen vrijdag waren de antipasti aan de beurt:
Bij de uitleg waren de reacties niet al te positief: Aubergine? Bleh... Bleekselderij? Bleh.... Tuinbonen? Bleh... Maar uiteindelijk hebben ze het allemaal geproefd, en de meesten vonden het toch wel lekker. Jammergenoeg was ik mijn fototoestel vergeten om de creaties vast te kunnen leggen. 

De gebruikte recepten krijg je als op de naam van het recept klikt. 

Risotto met kastanjechampignons

Alweer ruim twee weken geleden aten we dit. Na het toch wel overdadige kersteten had ik zin in iets simpels. Daarom een simpele risotto met kastanjechampignons. Ik dacht dat ik die al wel eens op mijn blog genoemd had, maar dat bleek nog niet het geval te zijn. Dus bij deze.

De foto die ik heb gemaakt, zet ik er maar niet bij. Het ziet er erg onbestemd uit. Maar het was wel erg lekker.

Risotto met kastanjechampignons

(2 personen als hoofdgerecht)
  • 10 gram gedroogde paddenstoelen
  • 2 eetlepels olijfolie
  • 1/2 ui, gesnipperd
  • 1 teentje knoflook
  • 200 gram risottorijst
  • 1 dl witte vermout
  • (hete) paddenstoelenbouillon van 8 dl water en 1 blokje 
  • 250 kastanjechampignons
  • klontje boter
  • peper
  • 75 gram parmezaanse kaas, geraspt
Knip de gedroogde paddenstoelen in stukjes en week in een beetje warm water. Giet af, maar bewaar het weekvocht. Zeef dit eventueel om zand en dergelijke te verwijderen. 
Verhit 1 lepel olie in een pan met dikke bodem. Fruit hierin de ui een paar minuten op laag vuur. Voeg dan de uitgeperste knoflook toe en roer even door. Voeg de andere lepel olie toe en dan de rijst. Schep om totdat alle korrels glanzen. Blus af met de vermout. 
Voeg dan scheutje voor scheutje de hete bouillon toe. Blijf (geregeld) roeren. Het duurt ongeveer 20 minuten totdat de rijst gaar is. 
Snijd ondertussen de champignons in plakjes. Verhit de boter in een koekenpan en bak de champignons op hoog vuur tot ze vocht beginnen los te laten. Bestrooi met peper en laat nog op laag vuur zo´n 3 minuten smoren. Voeg het weekvocht en de gedroogde paddenstoelen toe. Zet het vuur uit. 
Roer de champignons door de gare rijst. Roer 2/3 van de kaas erdoor. Proef of er nog peper en zout bij moet. Zout is niet waarschijnlijk, want de kaas en de gebruikte bouillon zijn ook al zout. Schep in diepe borden en bestrooi met de rest van de kaas. 

zaterdag 15 januari 2011

Wortels met sinaasappel en munt

Net weer een tikkeltje anders. Nu is de combinatie wortels en sinaasappel niet nieuw. Je ziet ´m geregeld voorbij komen in de "tips" voor als er kinderen mee-eten. En hier? Manlief was helemaal enthousiast over de combinatie. Mannetje Q vond de wortel gewoon als wortel een beter idee. Dus dat speciale koken voor kinderen, daar heb ik het niet zo op. 

Wortels met sinaasappel en munt

  • 400 gram winterpeen
  • 1 sinaasappel
  • 2 eetlepels olijfolie
  • peper, zout
  • blaadjes van 5 takjes munt
Schil de winterpeen. Snijd in stukjes. Ik maakte deze keer dunne reepjes van zo'n 5 cm lang. Kook de wortel in een laagje water met zout in ongeveer 8 minuten bijtgaar. Giet af.
Schil ondertussen de sinaasappel zo dik dat je ook het witte vel meeschilt. Vang sap wat erbij vrij komt op in een kommetje. Snijd de partjes los van de vliezen. Halveer vervolgens de partjes.
Meng het opgevangen sap met de olie en wat peper en zout.
Hak de munt fijn. 
Meng de warme wortel met de dressing en de munt, doe over in een serveerschaal en bestrooi met de stukjes sinaasappel.

Heb je nog meer wortels of bospeen over dan heb ik nog wel een paar lekkere recepten voor je: 
- Oezbeekse plov - rijst met wortel, kikkerwten en ui
- Geroosterd met gember bij freekeh (kan ook bij quinoa, bulgur of rijst natuurlijk)
- Geroosterd met honing en komijn en koriander
- Marokkaans in een tajine met kikkererwten en pruimen
- Met gehakt, sambal en gember voor bij rijst

woensdag 12 januari 2011

Zuurkoolschotel met appel en walnoten

Het heeft even geduurd, maar toen wist ik eindelijk wat ik met de zuurkool ging maken. Want dat we zuurkool gingen eten stond wel vast, maar ik wou niet deze variant maken, en ook geen stamppot, en ook niet deze variant met rijst.

De zuurkool kun je natuurlijk ook op deze manier als "losse" groente klaarmaken, zonder de puree en het kaaskorstje.



Zuurkoolschotel met appel en walnoten

(3 personen)
  • 500 gram zuurkool
  • 1 dl appelsap
  • 1 appel, grof geraspt
  • 3 eetlepels crème fraîche
  • 10 walnoten, grof gehakt
  • 750 gram aardappels
  • ± 1,5 dl melk (warm)
  • peper, zout
  • 100 gram geraspte geitenkaas
Snijd de zuurkool eventueel wat kleiner en giet het vocht af. Doe in een pan met appelsap, breng aan de kook en laat 15 minuten zachtjes stoven. Roer er dan de geraspte appel en de crème fraîche door ben maal er wat peper boven. Doe over in een ovenschaal. Bestrooi met de walnoten.
Schil de aardappels, snijd in plakjes en kook in water met zout in ± 10 minuten gaar. Giet af en stamp fijn. Mix met de warme melk tot een luchtige puree. Breng op smaak met peper.Bedek de zuurkool met de puree. Bestrooi met de geraspte kaas en laat onder de gril in ± 15 minuten de kaas goudbruin worden. 

dinsdag 11 januari 2011

Hello Kittytaart

Alleen een plaatje vandaag, voor een recept kun je de WtheP-taart als basis gebruiken.

foto-hello-kitty-taart

maandag 10 januari 2011

Wortelsoep met koriander

Mijn soepvoorraad in de vriezer begint aardig op te raken. Tijd dus om weer soep te maken. Deze keer een wortelsoepvariant. Niet met munt, niet met salie, maar met koriander. 

Wortelsoep met koriander

(± 1,5 liter)

  • 20 gram boter1 kleine ui, gesnipperd
  • 1 aardappel, in blokjes
  • 1 teentje knoflook, in plakjes
  • peper, zout
  • 500 gram wortel, in plakjes
  • 1,5 groentebouillonblokjes
  • half bosje koriander
  • eventueel scheutje citroensap

Smelt de boter in een grote pan met dikke bodem. Voeg de ui, aardappel en knoflook toe. Bestrooi met zout en peper en schep een paar keer om. Zet het vuur op z´n allerlaagst en laat met het deksel op de pan ongeveer 10 minuten heel zachtjes smoren. Voeg dan de wortelplakjes, 1,25 liter kokend water en de bouillonblokjes toe. Laat op zacht vuur ongeveer 20 minuten koken totdat de wortel goed gaar is. 
Hak ondertussen de koriander (steeltjes ook) fijn.
Pureer de soep. Dit kan in de blender - in gedeelten, maar met een staafmixer in de pan kan ook, als je pan tenminste niet tot de rand gevuld is. Proef de soep en breng verder op smaak met peper en zout en eventueel wat citroensap. Roer de fijngehakte koriander erdoor. 

zondag 9 januari 2011

Spruitjeschampignontaart

Voor mij was deze taart het resultaat van de vriezer leeghalen. Het korstdeeg, de gebakken spekjes en de spruitjes kwamen uit de vriezer. Altijd handig als je wat op voorraad hebt. 



Spruitjeschampignontaart

(2-3 personen, quichevorm 24 cm doorsnede)

  • 250 gram korstdeeg voor hartige taart
  • 50 gram spekjes
  • 1 kleine ui, gesnipperd
  • 1 teentje knoflook
  • 300 gram spruitjes
  • 150 gram champignons
  • 100 gram geraspte belegen kaas
  • 2 eieren 
  • 4 el crème fraîche
  • cayennepeper, zout
  • eventueel paar blaadjes verse salie, in dunne reepjes geknipt
Rol het korstdeeg uit en bekleed hiermee een ingevette vorm. Bedek met een velletje bakpapier en doe hierin een steunvulling (bijvoorbeeld droge peulvruchten). Verwarm de oven voor op 180 C. Bek de deegbodem 15 minuten voor. Haal uit de oven en verwijder steunvulling en bakpapier.
Bak de spekjes uit in eigen vet. Fruit ui en knoflook een paar minuten mee.
Maak de spruitjes schoon. Als ze erg groot zijn, halveer ze dan. Kook ze in een bodempje gezouten water vijf minuten voor. Giet ze af.

Snijd de champignons in kwarten en bak ze in een klontje boter op hoog vuur ± 5 minuten. Klop ondertussen de eieren los met de crème fraîche, een snuf cayennepeper, salie en eventueel wat zout. Ik gebruik geen zout omdat het spek al behoorlijk zout is.
Schep de spruitjes en champignons in de vorm. Verdeel hierover de spekjes. Giet het eimengsel eroverheen. Verdeel de kaas erover. Bak de taart in een oven in ongeveer 30 minuten gaar en bruin.

zaterdag 8 januari 2011

Perzikmarsepeintaart

Een lekkere variant op deze taart.

Perzikmarsepeintaart

(quichevorm met losse bodem doorsnee 23 cm)
  • 150 gram bloem
  • snufje zout
  • 75 gram koude boter, in blokjes
  • 2 eetlepels ijskoud water
  • 200 gram marsepein, in kleine blokjes
  • 100 gram boter, zacht/half gesmolten
  • 4 eetlepels bloem
  • 2 eieren, losgeklopt
  • 1 eetlepel custardpoeder
  • 3/4 blik perziken (800-gramsblik), in schijfjes
Doe bloem, zout en boter in de mengkom van de keukenmachine en mix totdat het mengsel op grof broodkruim lijkt. Voeg het water toe en meng nog kort totdat zich een deegbal vormt.  Laat het deeg even opstijven in de koelkast.
Rol de kleine bal op een bebloemd werkvlak (of een siliconenmatje) uit tot een cirkel met een doorsnee iets groter dan de bodem. Bekleed de (met bakpapier bekleden) bodem van de vorm hiermee.
Leg in de deegbodem weer een stuk bakpapier en vul met een steunvulling. Bak de deegbodem 15 minuten op 180C. 
Maak ondertussen de vulling. Doe marsepein, boter, bloem, eieren en custardpoeder in een hoge mengbeker. Meng fijn met de staafmixer. Of doe alles over in een keukenmachine met mes. Voor het fijnmalen van de marsepein heb je wat kracht nodig. Als je denkt dat je apparatuur dat niet aan kan, kun je ook alles mengen zonder de marsepein, en dan later de marsepein, in echt kleine stukjes gesneden, erdoor mengen. 
Verwijder de steunvulling uit de voorgebakken bodem. Doe de vulling erin. Beleg met de perzikschijfjes. Bak de taart nog 45 minuten op 180C. 

donderdag 6 januari 2011

Kippenleverpaté

Dit recept is nagenoeg gelijk aan het recept van Yvette van Boven in haar Home Made. Ik voegde aan haar recept nog zout en peper toe. En ik halveerde haar gebruikte hoeveelheid slagroom. Het leek me zoveel, een halve liter room op een pond kippenlevers, dus eigenlijk 1 op 1. De mousse die ik kreeg was prima smeerbaar. Een volgende keer doe ik niet het laagje boter erop. Dit is met name voor een langere bewaarbaarheid (luchtdicht) van belang. Maar het oogt wat minder aantrekkelijk. En ik maak het natuurlijk wel om op te eten.

Kippenleverpaté

  • klontje boter
  • 1/2 ui, heel fijn gesnipperd
  • 400 gram kippenlevers
  • peper, zout
  • 1 eetlep vieux, cognac of iets dergelijks
  • 2 dl slagroom
  • wat geklaarde boter voor de bovenkant
  • mooi takje tijm
Verhit wat boter in een koekenpan. Fruit hierin de ui zo´n 10 minuten op laag vuur. Schep ze over in de kom waar je straks de levers in gaat pureren c.q. de mengkom van de keukenmachine.
Verwijder het taaie strengetje en eventuele vetdraadjes uit de kippenlevertjes. Verhit een klontje boter in een koekenpan en bak de kippenlevers - in porties - ongeveer 5 minuten. Schep af en toe om. De binnenkant mag nog iets roze blijven. Pureer de kippenlevers. Voeg peper en zout toe. Doe de drank en de slagroom erbij en meng goed door elkaar. Wrijf de puree door een zeef. 
Doe over in een mooi schaaltje waar je straks in wilt serveren. Strijk de bovenkant glad. Bedek met een dun laagje geklaarde boter en leg hierin een takje tijm. Laat minstens 4 uur opstijven in de koelkast. Serveer met dunne toost. 

woensdag 5 januari 2011

Makreelvenkelmousse

Het is op de foto niet heel duidelijk te zien, maar in het echt zag dit er heel subtiel uit. Een laagje zachtgroen, dan een laagje beige en dan weer een laagje zachtgroen. Ook de smaak was subtiel. Je kunt dit ook in hele kleine glaasjes als amuse serveren.

20.05 uur: eh... moet ik natuurlijk wel een foto erbij doen. Dus bij deze.

Makreelvenkelmousse

  • 200 gram gerookte makreel
  • 2 eetlepels crème fraîche
  • peper, zout
  • 1 venkelknol (±300 gram)
  • 1 gelatineblaadje
  • 1 eetlepel pastis of pernod
  • 1 eetlepel room
Pluk de makreel uit elkaar. Doe over in een hoge kom en pureer samen met de crème fraîche. Breng op smaak met peper en eventueel wat zout. Bewaar tot gebruik in de koelkast.
Snijd de venkel in kleine blokjes. Breng in een laagje gezouten water aan de kook en kook ± 15 minuten tot de venkel zacht is. Giet af en pureer. Week het blaadje gelatine ± 5 minuten in koud water. Verwarm de room Knijp de gelatine uit en los op in de warme room. Roer de pastis of pernod erdoor. Roer dit door de venkelpuree en breng op smaak met peper en eventueel nog wat zout. 
Giet een laagje venkelpuree in een glas. Zet weg in de koelkast tot het redelijk stijf geworden is. Zet de kom met de rest van de venkelpuree zolang in een bak met lauw water. Giet op de stijfgeworden venkelpuree een laagje makreelmousse. Bedek dit vervolgens weer met een laagje venkelpuree. Laat het geheel nog minimaal 3 uur opstijven in de koelkast.